Van moeten naar willen via de actietrap

Actie-trap-willen-moeten

Wat doet ‘moeten’ met jou? Aan moeten hangt voor mij een soort extra lading/ballast en voelt als verplichting. Ik doe de dingen graag vanuit het ‘willen’. Het gaat allemaal eenvoudiger en is ook een stuk leuker! Doen wat je leuk vindt en energie van krijgt. Natuurlijk snap ik ook dat sommige dingen moeten. Denk aan je hypotheek betalen. Toch wil ik die betalen, omdat ik graag in dit huis blijf wonen. Zo maak ik van moeten toch weer willen! Van moeten naar willen via de actietrap is een handig hulpmiddel om bewust te zijn van wat je nodig hebt om te slagen.

Moeten

  • Ik moet naar mijn werk
  • Ik moet 3x per week trainen
  • Ik moet meer aandacht aan mijn kinderen geven.
  • Ik moet op tijd zijn bij mijn volgende afspraak.
  • Ik moet naar de sportschool.
  • Ik moet echt op tijd naar bed vanavond.
  • Ik moet mijn btw-aangifte doen.
  • Ik moet mijn collega echt helpen met die klus.
  • Ik moet altijd direct antwoorden op mailtjes.

Van moeten naar willen

Ik daag je uit om een week lang heel bewust te letten op je taalgebruik. Hoe vaak gebruik jij MOETEN?Verander dat structureel eens in WILLEN. Willen geeft energie en daagt je positief uit. Lees dezelfde zinnen nogmaals, alleen ingevuld vanuit willen:

  • Ik wil naar mijn werk
  • Ik wil 3x per week trainen
  • Ik wil meer aandacht aan mijn kinderen geven.
  • Ik wil op tijd zijn bij mijn volgende afspraak.
  • Ik wil naar de sportschool.
  • Ik wil echt op tijd naar bed vanavond.
  • Ik wil mijn btw-aangifte doen.
  • Ik wil mijn collega echt helpen met die klus.
  • Ik wil altijd direct antwoorden op mailtjes.

Een heel ander gevoel hè?

Als het lukt om wat minder te moeten van jezelf, ontdek je wat je graag wilt. En dat geeft vrijheid. Ook voor je omgeving is het veel prettiger als je niet veel dingen doet die je eigenlijk niet wilt doen. Doe je toch iets voor anderen omdat zij dat graag willen? Doe het dan alleen als je het er mee eens bent.

Van moeten naar willen via de actietrap

Start onder aan de trap en werk jezelf omhoog door de vragen te beantwoorden:

Van moeten naar willen via de actietrap

Van moeten naar willen via de actietrap

  1. Wil ik het?
    JA, door naar trap 2.
    NEE, moet ik het? NEE, niet doen dan!
    JA, Waarom moet ik dat? Van wie moet ik dat? Wat gebeurt er als ik het niet doe? Moet het wel nu? Is het waar dat ik dit moet doen?
  2. Durf ik het?
    JA, door naar trap 3.
    NEE, Wat staat er in de weg? Is dat angst, kennis, kunnen of andere belemmeringen?
  3. Kan ik het?
    JA, door naar trap 4.
    NEE, Wat heb je nog nodig om het te kunnen? Is dat kennis, zelfvertrouwen of anders?
  4. Doe ik het?
    JA, door naar trap 5.
    NEE, Heb je de bevoegdheid? Wat houdt je mogelijk tegen? Mag je het wel?
  5. Slaag ik?
    JA, gefeliciteerd!
    NEE, De aanhouder wint, niet alles lukt in 1 keer! Zoek je oplossing in de twee voorgaande traptrede. Probeer wat anders, waardoor je uitkomst mogelijk ook anders is.